Ze is geboren op 14 juli 1874 in Assen. Als enig kind, van Alje Luitjes Boerma en Wabina Ulbers Klunder, groeide ze op in een boerderij in het Groningse Blokum. Ze ging in Warffum naar de HBS en huwde op 2 juni 1894 in Ten Boer de zeven jaar oudere predikant Louis Bähler. Hij zou naast haar echtgenoot ook haar inspirator en leermeester worden.
Op Schiermonnikoog al (de eerste standplaats van Louis Adriën) hield ook Gesina zich bezig met algemene problemen en in Oosterwolde werd zij zondagsschoolleidster en zette zij zich in voor de Kinderbond.
In een door Gesina in 1915 gehouden enquête in haar woonplaats Eelde, zij was toen secretaresse van de Bond voor drankbestrijding, bleek dat gemiddeld een derde van het arbeidersinkomen opging aan drank. Zij wilde verandering van deze misstanden en kwam met plannen. Zo ontstond op haar initiatief het eerste volwaardige Dorpshuis van Nederland in Eelde. Een Dorpshuis met een sterk vormend karakter. Er werden lessen gegeven; een leeszaal werd ingericht en alles was zoveel mogelijk afgestemd op de behoefte van de lokale plattelandsbevolking.
Vanuit dezelfde stichting werd enkele jaren later aan TBC-bestrijding gedaan en werd de Stichting Eelder Woningbouw opgericht in 1919.
Mede door invloed van Louis Bähler werd Gesina lid van de SDAP waarvoor ze in 1927 wethouder van de gemeente Eelde werd. Uit correspondentie in het Bählerarchief blijkt ook dat zij een forse aanzet heeft gegeven voor de keuze voor Eelde als het gaat om de vraag waar het vliegveld-Groningen moest komen. Eelde dus.
Op haar 75-ste verjaardag werd ze door de gemeente voor al haar werk geëerd met de zilveren eremedaille van de gemeente.
Ze overleed op 79-jarige leeftijd op 21 oktober 1953 in Paterswolde en ligt begraven bij haar man.